Een opmerkelijke mismatch

Veel deeltijdwerken tegenover enorme personeelstekorten

Nederland is wereldkampioen deeltijdwerken maar kent tegelijkertijd ook enorme personeelstekorten. Het Power of Parity-rapport van adviesbureau McKinsey liet al in 2018 deze opvallende discrepantie zien. Het toonde ook aan dat tekorten in zorg en het onderwijs in theorie opgelost kunnen worden als vrouwen met een kleine deeltijdbaan slechts één uur extra per week werken. Meer werken voor werknemers met een klein contract is tevens een belangrijke stap in de richting van financiële zelfredzaamheid.

 

Personeelstekorten bereiken recordhoogtes

De discrepantie is de laatste jaren alleen maar groter geworden: personeelstekorten bereiken tegenwoordig recordhoogtes. De teller stond op 123 vacatures per 100 werkzoekenden in het laatste kwartaal van 2022. Tegelijkertijd willen 527 duizend onderbenutte deeltijdwerkers graag meer uren werken, meldt het CBS, maar de deeltijdfactor stijgt nauwelijks. Het Centraal Planbureau (CPB) schat dat 9 à 15 procent van alle huishoudens in Nederland financieel moeilijk rondkomt. Een half miljoen vrouwen mét een baan kunnen zichzelf niet redden, doordat ze te weinig uren werken of een laag uurloon hebben.

 

Deeltijd zit diepgeworteld

Deeltijd zit diepgeworteld in het Nederlandse systeem, zowel cultureel als op de arbeidsmarkt. Onze samenleving is er volledig op ingericht, van infrastructuur rond de kinderopvang en verlofregelingen tot ons belastingstelsel. Langzaamaan verandert dit beeld, bijvoorbeeld door het plan kinderopvang nagenoeg gratis te maken.

Een diepgewortelde norm kantelen kost tijd en focus en heeft een lange adem nodig. Ook binnen organisaties. Dat is niet eenvoudig voor instellingen die in een neerwaartse spiraal zitten van tekorten, overvraagde medewerkers, dure flexkrachten en oplopende werkdruk.

 

Het roer kan en moet om

HPP ziet dat dat het anders kan. Potentieel is er: op papier en in de praktijk. Zeker in sectoren waarin veel vrouwen werken, zoals zorg, onderwijs en kinderopvang. Zo heeft bijna de helft van de 1,3 miljoen zorgmedewerkers een contract van minder dan 25 uur. Ons werk in de praktijk bevestigt het beeld dat een aanzienlijk deel van de medewerkers openstaat voor een groter contract: 15 procent zou sowieso meer uren willen werken en 25 procent ‘onder de juiste voorwaarden’. ‘Werkplezier’ en ‘het moet voldoende lonen’ zijn de meest genoemde redenen.

 

Werkgevers spelen een cruciale rol

Contractuitbreiding is een belangrijke oplossing. Niet alleen voor de tekorten op de arbeidsmarkt, ook voor financiële redzaamheid van werknemers. “Meer werken” heeft prioriteit voor alle partijen, van overheid tot sociale partners.

Werkgevers spelen daarin een cruciale rol. Want werkplezier hangt af van prettige roosters, support van leidinggevenden, flexibiliteit en eigen regie in werk en loopbaan. HPP ziet dat financiële interesse stimuleren en inzicht geven in wat meer werken oplevert belangrijk zijn bij het vergroten van een contract. En het goede nieuws is: als werkgever kun je er, bij wijze van spreken, morgen al mee aan de slag.